De barbet

De Barbet, of Franse Waterhond, is een bijzondere hond. Het is een hond met vele goede eigenschappen en het is dan ook niet voor niets dat er steeds meer mensen heel enthousiast over het ras zijn. De Barbet komt tot zijn recht onder uiteenlopende leefomstandigheden. Het is een heerlijke gezinshond die graag met kinderen en andere huisgenoten speelt en het is een prettige werkhond. De Barbet is energiek en bijzonder sociaal. Dat betekent dat hij graag gezelschap om zich heen heeft. Het is geen hond die de hele dag maar een beetje ligt te suffen. De Barbet wil wandelen, spelen, werken, kortom: de Barbet is een actieve hond die graag voor zijn baas klaar staat en een sociale rol inneemt in het gezin. En of hij nou op het platteland woont of in de stad, maakt daarbij niet uit, als hij maar zijn dagelijkse portie beweging en aandacht krijgt. Zo energiek als hij is, zo rustig is hij in huis. Het is een bijzonder ontspannen hond die nooit een nerveuze indruk zal maken. Hij blaft dan ook niet onnodig, maar alleen dan als er echt iets ongebruikelijks aan de hand is.

 

Wat een prettige bijkomstigheid is, is de gekrulde vacht van de Barbet. Deze verhaart niet en dat is gunstig voor mensen met een allergie voor honden.
De vacht heeft uiteraard wel verzorging nodig. Hoeveel verzorging hangt af van de vachtlengte. Bij een lange vacht is een wekelijkse borstelbeurt wel nodig om het haar klitvrij te houden, bij een korte vacht is dat uiteraard veel minder. Persoonlijk vind ik het fijn om de vacht in de zomer wat korter en in de winter wat langer te houden. Een kortgeknipte Barbet ziet er heel atletisch uit en het is altijd weer een verrassing als die enorme vacht er af gaat en die dikke beer verandert in een atletische jachthond! Bij het showen ziet men de Barbet graag lang in de vacht.

De naam Barbet wordt in het Frans uitgesproken als barbè voor een reu en barbèt voor een volwassen teefje. 

Ik heb eens een enquête over het karakter van de Barbet uitgevoerd onder barbeteigenaren. Unaniem kwam naar voren dat de Barbet als een fijn gezinslid ervaren wordt. Het is een echte ‘vriend’ voor alle bazen en baasjes en de Barbet is op zijn plek in zowel een druk gezin met kleine kinderen of een gezin met pubers, als op een veel rustiger plek zoals bij een alleenstaande of bij een (gepensioneerd) stel. Wat de meeste mensen prettig vinden aan hun Barbet is de innerlijke rust die van de hond uitgaat en zijn vrolijkheid. Een Barbet raakt niet gauw van slag en herstelt na een schrikmoment heel snel. De rust in combinatie met de vrolijke energie die op een prettige manier met name buiten tot uiting komt, maakt het voor veel mensen een geliefde hond. Hoewel het een actieve hond is die graag uitdagingen krijgt, doet niet iedereen na het volwassen worden en het doorlopen van een aantal elementaire gedragscursussen een hondensport met zijn Barbet. Maar heel wat eigenaren doen dat wel en daarbij is jachttraining, speuren en behendigheid favoriet. Veel Barbets kunnen verveeld raken tijdens een training als deze te langdradig is. Ze leren snel en moeten uitgedaagd blijven worden om de aandacht vast te houden. Eindeloos een oefening herhalen is er dus niet bij. De gemiddelde Barbeteigenaar is een welbewuste hondenbezitter die oog heeft voor de hond en zorgt dat deze voldoende te doen heeft. Er wordt heel wat gewandeld, gefietst en gespeeld, gemiddeld zeker 2 uur per dag. Het zijn over het algemeen enorme kindervrienden en in de interviews kwam naar voren dat veel Barbets proberen bange kinderen op hun gemak te stellen. Ze gedragen zich duidelijk rustiger en voorzichtiger in het bijzijn van kleine kindjes en zullen een kind dan ook niet snel omver lopen. Ze spelen graag met kinderen, van klein tot groot en passen zich daarbij aan de spelleider (het kind) aan. 
Het apporteren zit de meeste Barbets in het bloed. De ene barbet is daar fanatieker in dan de andere, maar de meeste Barbets hebben of krijgen er echt lol in, vooral als er met echt wild wordt gewerkt, maar vaak zijn ook dummies uitdagend genoeg. Een van de honden die genoemd werden tijdens de interviews apporteerde een keer een niet daarvoor bedoelde kip, door deze voor de voeten van zijn baas te leggen. Tja, jachtpassie is ook een eigenschap die de meeste Barbets niet vreemd is. Dat is zeker een aandachtspunt bij de opvoeding en training. Uit het water apporteren doen ze niet allemaal even vanzelfsprekend, dit moet bij sommige echt wel aangeleerd worden, andere doen het als vanzelfsprekend en hebben geen lessen nodig. De meeste houden echter wel van water en zullen niet snel om een plas heenlopen. Lekker erdoor rennen of sloffen en slobberen is heerlijk. Strand en zee is natuurlijk helemaal super.

De Barbet in de 20e eeuw
De Barbet werd door de opkomst van moderne rassen zoals bijvoorbeeld de (elegantere en toentertijd meer moderne) Poedel, steeds minder populair. Toen ook nog de jacht op waterwild afnam en er bovendien moeilijke tijden aanbraken rond de eerste en tweede wereldoorlog, verdween hij bijna van de Franse kynologische raslijst. In dat internetloze tijdperk viel het uiteraard niet mee om contacten te onderhouden met andere liefhebbers van het ras. In Frankrijk hielden enkele echte liefhebbers het ras gelukkig in stand naar hun eigen visie en inzichten. De Barbet was in die tijd kleiner dan nu en men vond dat formaat geschikt voor een goede jachthond. Er ontstond echter een beweging die vanuit de Franse rasvereniging kans zag om het formaat van de Barbet te vergroten. Zij vonden het aspect "jacht" niet van belang en "boetseerden" de Barbet naar hun eigen inzicht. Ze vonden veel aanhangers binnen en buiten Frankrijk. Er werden ter verbetering af en toe andere rassen ingefokt en een aantal malen werd de rasstandaard aangepast, dit tot ontsteltenis van de liefhebbers van de oorspronkelijke kleinere Barbet. Zo "groeide" de Barbet in enkele decennia qua schofthoogte met 10 cm. De liefhebbers van de oorspronkelijke Barbet hebben ervoor gevochten om de groei een halt toe te roepen, wat resulteerde in een aanpassing van de rasstandaard waarin een een maximale schofthoogte opgenomen werd van 65 cm voor een reu en 61 cm voor een teef, met een tolerantie van 1 cm. Tegenwoordig hebben de meeste Barbets in de directe generaties voor zich zowel voorouders van het oude als van het nieuwe type. 

Gezondheid
De Barbet is een ras met relatief weinig gebreken en weinig erfelijke ziekten. Zoals bij de meeste grotere honden komt wel HD voor en daar wordt dan ook zorgvuldig op gelet. Honden met een slechte HD-score worden uitgesloten van de fok. Een bekend probleem bij diverse waterhonden zijn bepaalde oogafwijkingen. Gelukkig komt dit bij de Barbet nauwelijks voor en dat willen we graag zo houden. Voor de zekerheid worden fokdieren daarom jaarlijks op mogelijke oogziekten gecontroleerd en er wordt uitsluitend met klinisch gezond bevonden honden gefokt. Er zijn in het buitenland een paar gevallen van epilepsie gesignaleerd en mede naar aanleiding daarvan vindt er genetisch onderzoek plaats aan de universiteit van Helsinki. Het gaat waarschijnlijk om een polygeen recessief verervende vorm van epilepsie. Er zijn maar weinig gevallen bekend, maar ondanks dat is men zeer voorzichtig en alle fokkers houden deze ontwikkeling dan ook nauwlettend in de gaten.

Nog veel meer informatie over de Barbet ten aanzien van zijn historie, de rasstandaard en vele andere zaken is te lezen in Het Barbetboek.